Prooi Verdwaalde jongens

Het is al donker als Kuba me vanuit ons Yurt-kamp naar Naryn rijdt. Duizelig, hoofdpijn en een bloeddruk die zo indrukwekkend is als de bergtoppen om ons heen geven me geen andere keuze, ik moet zo snel mogelijk omlaag en een betere chauffeur dan Kuba is er niet. 

‘Naryn Hotel, sleep,’ wijst hij naar mij, ‘Zaftra doktor.’

‘Da’, beloof ik hem morgen naar de dokter te gaan. 

Vanwege de taalbarrière zal de rest van de vierenhalf uur durende rit vooral bestaan uit zwijgen en naar buiten kijken vrees ik. Kurba volledig geconcentreerd op de weg en ik op alles wat door zijn koplampen onthuld wordt. Zoekend naar de dieren die je hier overdag niet ziet: een wolf, kangoeroemuizen en woestijnvossen.

Plotseling doorbreekt Kurba de stilte. Vlak voor ons, net langs de weg aan de rechterkant, wordt een muis achternagezeten door een vos. 

‘Jerboa,’ met zijn wijs en middelvinger maakt Kuba het gebaar van rennen daarna begint hij te happen en roept: ‘Lisa.’ 

Hoewel hij hier zijn leven lang al woont, zie ik aan zijn gezicht hoe bijzonder het schouwspel dat zich in het grootlicht van onze auto afspeelt is. Ik kan niet genieten van hoe de Jerboa zich zigzaggend voor zijn leven over de steppe rent om de vos te vlug af te zijn. Het komt door de manier waarop Kuba zijn auto via de haarspeldbochten omlaag laat duiken. Dat hij mij zo snel mogelijk aan de hoogte wil laten ontsnappen, geeft me het gevoel een prooi te zijn.  

Niels ®elen

Share and Enjoy !

Shares

Leave a reply

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Geverifieerd door ExactMetrics