Lieve Joyce,
Het ging per ongeluk. Met zijn schoen staat de vader van Armand, tijdens de uitvoering van La Dame Aux Camélias, op de onderkant van de rok van Marguerite. De rok scheurt en vanaf dat moment, wappert er een reep tule met elke beweging die Marguerite (Anna Tsygankova) maakt mee.
Als haar rechtervoet plat op het podium staat, raakt de smalle strook precies de grond. De gespannen ademteug van het publiek trekt de zaal bijna vacuüm, maar Anna danst door. Het is een losse veter waar ze elk moment over kan struikelen, maar waar niemand haar voor waarschuwt.
In plaats van met ingehouden adem te blijven staren naar de wimpel die de benen van Anna volgt, focus ik op haar gezicht. Ze moet het gevoeld hebben toen ze opstond. Eerst die weerstand, het gevoel dat je terug naar de grond getrokken wordt, daarna het kartelig scheuren van de jurk en vervolgens de loshangende stof die constant haar kuiten streelt.
Ze weet het Joyce, maar niets in haar dat dat verraadt. Anna beseft dat ze kan vallen, maar ze gaat verder zonder ook maar een moment het orkest te worden dat doorspeelt op de zinkende Titanic. Haar overgave en passie is die van pasgeboren minnaars. Met elke allongé, battement of développé, bedekt ze haar gebreken en flirt met ons. Ze danst gekmakend mooi en sensueel; een hormonale magneet die je al het andere doet vergeten.
Buiten adem beginnen ook wij, het publiek, aan de pauze. We drinken koffie of wijn en realiseren ons na de eerste slok dat we zojuist getuigen waren van Perfectie. Volmaaktheid, Joyce, die alleen ontstaat als de twee hoofdingrediënten toevallig samen komen. De eerste is een simpele, maar mogelijk rampzalige fout of ongeluk. De tweede is het besef dat perfectie alleen bestaat als je, na het jarenlang te hebben nagestreefd, ruimte durft te geven aan de imperfectie.
Liefs,
Niels
Niels ®elen