Om een beetje op tijd te zijn, moeten we uiterlijk om kwart over elf in de auto zitten. Het is nu twaalf over elf, we hebben haast, toch lopen we te dralen. Er is iets wat ons tegenhoudt. Als ik Cristel aankijk, draait ze haar gezicht van me weg. Gisteren zei ze nog dat het voor haarzelf niet moeilijk is, maar dat ze het zo lastig vindt voor haar vader.
Ze huilt, de tranen kan ik niet zien, maar de beweging van haar schouders, haar ademhaling en stem verraden haar. Nu in de auto stappen betekent dat ze zich niet meer kan verschuilen voor de pijnlijke realiteit.
‘Het is zo oneerlijk, dat we mama weg moeten brengen naar een tehuis. Dat we afscheid van haar moeten nemen terwijl ze dat niet zal begrijpen.’ Zwijgend laat ik mijn hand over haar rug glijden. ‘Ze weet niet eens dat ze mijn vader alleen achterlaat.’
In de auto op weg naar haar vader en wie ooit haar moeder was, is het stil. Cris rijdt te hard, misschien in de hoop nog een laatste glimp, een helder moment op te vangen van wie haar moeder was.
Langzaam rollen er tranen over haar wangen. Elke traan een herinnering die ze aan haar moeder heeft, gok ik zwijgend. Een zakdoek heb ik niet voor haar en dus troost ik haar met een pepermuntje. Ik vraag of ik misschien moet rijden. Ze schudt van niet en glimlacht dankbaar.
‘Wil je mijn zus even terug appen,’ Cris geeft me haar telefoon, ‘zeg maar dat we er bijna zijn, een minuutje of twintig. Vraag gelijk even of zij ook komt.’
Samen met haar broer en zus op weg naar wat haar vader een verplichte echtscheiding had genoemd. Ik kon hem geen ongelijk geven omdat het besluit van de rechter om mama per direct te laten verhuizen definitief is.
Mama had zich er voor het eerst niet tegen verzet. Ze was zich ook van geen kwaad bewust en als ze al ergens schuld aan had, dan was ze dat nu alweer vergeten. Na al die jaren samen had ze niet haar hart, maar haar hoofd aan een opdringerige man verloren; mijnheer Alzheimer.
Niels ®elen
Herkenbaar
Ook ik heb mijn vader moeten veroordelen tot permanente opsluiting in een gesloten afdeling. Mijn moeder verzorgde hem thuis zo goed als zij kon. Maar hoewel geestelijk zo scherp als een mes, haar lichaam was op en versleten. Maar mijn vader begreep er maar niets van dat ze alles zo langzaam deed en schold haar de huid vol. Tot mijn moeder instortte en opgenomen werd in het ziekenhuis hetgeen maanden zou gaan duren zei de specialist. Dat was het moment dat ik mijn vader moest uitleggen dat hij niet alleen achter kon blijven in hun huisje. Echter mijn vader dacht daar anders over, dus heb ik hem met een krijgslist naar het verpleeghuis moeten brengen terwijl hij dacht dat wij mams gingen bezoeken. nog nooit heb ik mij zo schuldig gevoeld als op dat moment dat ik mijn vader ontredderd moest achterlaten. Hij dacht zijn vrouw te gaan bezoeken maar kwam achter slot en grendel. Hoe wreed is deze ziekte Alzheimer !!